Lessen uit de stikstofcrisis van de vrouw die ons eruit helpt

De impact van de stikstofcrisis was, en is, enorm. Onder grote politieke en maatschappelijke druk werd vorig jaar de interbestuurlijke directie stikstof uit de grond gestampt onder leiding van Vera Pieterman. Ze reflecteert op een veelbewogen jaar en concludeert dat alles staat of valt met wederzijds vertrouwen.

Vera Pieterman spreekt voor een zaal vol met mensen

‘De aard van de stikstofcrisis maakt dat we dit alleen interbestuurlijk kunnen oplossen’, vertelt Pieterman, die deze zomer de interbestuurlijke programma directie Aanpak Stikstof vormgaf en sinds november programmadirecteur is van het Programma-DG Stikstof, de opvolger van de interbestuurlijke directie. Alle overheden lopen door de stikstofcrisis tegen problemen aan, en alle overheden zijn ook nodig om weer ruimte te creëren. ‘Het was dus vanaf het begin duidelijk dat we hiervoor een interbestuurlijke aanpak nodig hadden’.

In 1 minuut:
  • De aard van de stikstofcrisis is zo technisch en juridisch, dat het soms heel moeilijk is de besluitvorming volledig te doorzien.
  • De cyclus die je moet doorlopen om een mandaat voor de besluitvorming te krijgen, verschilt van overheid tot overheid. Ook dat maakt de interbestuurlijke samenwerking soms ingewikkeld.
  • De oplossing voor de ene partij wordt vaak gegeven door de andere partij. Om de woningbouw weer op te kunnen starten bijvoorbeeld, moest de maximumsnelheid op de weg omlaag. Dat kan omdat er een heel duidelijk bovenliggend gezamenlijk belang is: eruit komen.
  • Vertrouwen is daarin een sleutelelement. Dat bouw je op door elkaar veel te zien en door elkaars belangen, afwegingen en worstelingen goed te begrijpen.

Minister met twee petten

De interbestuurlijke directie van Vera Pieterman is er voor alle betrokken overheden, maar hangt onder het Ministerie van LNV. ‘In de zomermaanden heb ik veel energie gestoken om serieus neer te zetten dat wij er net zo goed zijn voor de andere departementen en voor de koepels (IPO, VNG, Unie van Waterschappen, red.). Bij de bestuurders hebben we aangegeven; jullie mogen richting geven. Vertel me maar wat ik voor jullie kan doen.’

Toch moet Pieterman wel altijd even uitleggen hoe zij tegelijkertijd én voor iedereen, én voor LNV werkt. ‘Ik zeg vaak: de minister van LNV heeft twee petten. Een kleine pet; de landbouw- en natuurbelangen behartigen. En een grote pet; de stikstofcrisis oplossen.’

‘We voelen allemaal de druk om hier zo snel en goed mogelijk uit te komen; mensen dreigen banen te verliezen.’

Over je eigen schaduw heenstappen

‘Het moeilijke in deze crisis is dat de oplossing voor de ene partij, vaak door een andere partij moet worden gegeven. Op een gegeven moment moest bijvoorbeeld echt ruimte komen om de woningbouw weer op te starten. De oplossing daarvoor zat in het verlagen van de maximumsnelheid op de weg.’

‘Ik vind het heel knap hoe het met elkaar lukt om over onze eigen schaduwen heen te stappen als dat nodig is. Het helpt dat er een heel duidelijk bovenliggend belang is, want we voelen allemaal de druk om hier zo snel en goed mogelijk samen uit te komen. Mensen dreigen banen te verliezen.’
Pieterman is ervan overtuigd dat vertrouwen een sleutelelement is. ‘Als je vanuit wantrouwen met elkaar samenwerkt en je ervan uitgaat dat iedereen een eigen agenda heeft, dan kom je er nooit samen uit.’

‘Alsof we besluiten namen in het donker’

Bouwen aan vertrouwen

Maar hoe bouw je dat vertrouwen als er trekkers voor de provinciehuizen staan en bouwbedrijven failliet dreigen te gaan? Kortom: hoe vertrouw je elkaar met de oplossing, als de eigen belangen misschien wel groter zijn dan ooit?

‘We hebben echt de tijd genomen om elkaar veel en lang te zien en te spreken’, vertelt Pieterman. In de eerste periode komen de koepels (IPO, VNG en Unie van Waterschappen, red.) en de betrokken departementen soms dagelijks bij elkaar. ‘Zodat we echt elkaars belangen goed begrijpen. Elkaar open en eerlijk meenemen in de worstelingen en afwegingen die je moet maken, helpt.’

Net als samen leren begrijpen hoe de stikstofcrisis nou eigenlijk in elkaar zit. ‘Het is ontzettend technisch en juridisch. De eerste tijd hadden we niet alle informatie paraat die je zou willen hebben. Daardoor was het soms ontzettend moeilijk om de besluitvorming volledig te doorzien. Alsof we besluiten namen in het donker.

‘En dat je elkaar veel ziet, helpt gewoon ook. We kennen elkaar inmiddels heel goed, we weten hoe iedereen erin zit.’

Als snelheid belangrijk is, zijn verschillende snelheden lastig

Toch is het soms moeilijk om deze crisis interbestuurlijk op te lossen. Ook als er wederzijds vertrouwen is en alle betrokkenen er zo hard mogelijk aan werken om er samen zo goed mogelijk uit te komen. Want snelheid en een mandaat voor besluitvorming kunnen op gespannen voet staan met elkaar.

Pieterman: ‘Als een besluit moet worden genomen, dan kan het Rijk binnen een week daarvoor het mandaat hebben. Maar alle afwegingen en besluitvoorbereidingen die het Rijk in verschillende departementen doet, moeten alle twaalf de Provincies allemaal in hun eigen organisatie doen.’

‘Daarvoor moeten zij een mandaat van hun Gedeputeerden Staten krijgen, en in gesprek met boeren en andere belanghebbenden. En als alle provincies dat hebben gedaan, moeten ze daarna nog tot een gezamenlijk standpunt van álle provincies komen. Dat kost gewoon veel meer tijd. Provincies moeten bijna een vierweekse cyclus door, maar die tijd is er soms niet in een crisis, terwijl die tijd ook echt nodig is. Dat maakt het interbestuurlijk ingewikkeld.’

Hoe raak je elkaar niet kwijt, als het ingewikkeld is?

Er is volgens Pieterman maar één manier om elkaar niet kwijt te raken als het interbestuurlijk ingewikkeld wordt.

‘Je moet het gewoon met elkaar als mensen doen. Je moet met elkaar op dat niveau van vertrouwen komen dat je elkaar echt kunt meenemen in alle afwegingen en belangen. Open zijn over de afwegingen en de worstelingen, als basis voor vertrouwen.’