Zuid-Hollandse gemeenten bundelen krachten voor Europese subsidie aanvraag

Samen sta je sterker dan alleen. Zeker als je iets voor elkaar wil krijgen in Europa. Daarom bundelt de provincie Zuid-Holland de krachten van negen gemeenten voor de aanvraag van een subsidie van de Europese Investeringsbank. Met deze subsidie kunnen de gemeenten hun plannen voor aardgasvrije wijken verder uitwerken. Wethouder Leo Maat, van de gemeente Alphen aan den Rijn, en Arien van der Maas, van de provincie Zuid-Holland, vertellen over het belang van het gezamenlijk oppakken van deze aanvraag.  

De Oude Rijn, met aan beide oevers huizen

In 1 minuut:

  • Negen Zuid-Hollandse gemeenten bundelen hun krachten voor de aanvraag van een subsidie van de Europese Investeringsbank. De provincie Zuid-Holland is hierbij de verbindende factor en treedt op als coördinator, en penvoerder.
  • De gemeenten hebben elk een projectplan ingediend voor het aardgasvrij maken van een wijk in hun gemeente. De aangevraagde subsidie geeft de mogelijkheid om deze plannen verder te ontwikkelen.
  • Wethouder Leo Maat, van de gemeente Alphen aan den Rijn, vertelt welke voordelen de gezamenlijke aanvraag nog meer met zich meebrengt: ‘Niet elke gemeente hoeft het wiel opnieuw uit te vinden. Door ervaringen en ideeën uit te wisselen, kan je veel van elkaar leren en sneller meters te maken.’

Samenwerking in de wijk

Het plan is om de Planetenbuurt in Alphen aan den Rijn in 2022 volledig van het aardgas af te halen en te verwarmen met behulp van een collectief warmtenet en aquathermie. ‘Dit plan is alleen maar haalbaar door goede samenwerking. Samenwerking tussen overheden onderling, maar ook samenwerking met alle verschillende partijen in de wijk’, vertelt wethouder Leo Maat.

In de Planetenbuurt is het gelukt om alle partijen (een ziekenhuis, een middelbare school, een verpleeghuis, particuliere huiseigenaren en woningcorporaties) om tafel te krijgen en een handtekening te laten zetten onder dit plan. Wethouder Maat: ‘Stap 1 is dus geslaagd. Maar dan komt het financiële vraagstuk om de hoek kijken. Stap 2. Als gemeente hebben wij niet genoeg in kas om dit project zelf te financieren. Het gaat om een investering van 17 miljoen.’

‘Voor het aanvragen van een Europese subsidie moet je echt massa hebben’

Krachten bundelen

De gemeente Alphen aan den Rijn heeft gekeken naar verschillende subsidiemogelijkheden. Zo is eind april de aanvraag voor een proeftuin aardgasvrije wijken, een subsidie van het Rijk, de deur uitgegaan. Daarnaast doet de gemeente, samen met acht andere Zuid-Hollandse gemeenten, een aanvraag voor een ELENA subsidie van de Europese Investeringsbank. De ELENA (European Local ENergy Assistance) subsidie is in het leven geroepen om lokale overheden te ondersteunen in het goed uitwerken van een groot energieproject.

‘Vanuit de provincie zagen we dat voor veel gemeenten de voorbereidingskosten voor het opstarten van energieprojecten een knelpunt zijn’, vertelt Arien van der Maas. Van der Maas werkt voor het programma van Energietransitie van de provincie Zuid-Holland. ‘Wij wisten van het bestaan van de ELENA subsidie, maar zagen ook dat de afzonderlijke gemeenten niet konden voldoen aan de eis van schaalgrootte. Voor de aanvraag van zo’n subsidie moet je echt massa hebben. Daarom is de provincie bijgesprongen om deze aanvraag in samenwerking met meerdere gemeenten te organiseren.’

‘Het doen van een subsidieaanvraag bij de Europese Unie vraagt om expertise, die veel kleinere gemeenten niet hebben. De provincie heeft deze expertise wel. Dus dat de provincie nu optreedt als aanvrager, penvoerder en coördinator is voor ons heel waardevol’, aldus Maat.

‘Het coördineren van de gezamenlijke aanvraag vraagt om maatwerk en goede communicatie’

Maatwerk en goede afspraken

De provincie polste bij meerdere Zuid-Hollandse gemeenten of ze een projectplan hadden dat aansloot bij deze subsidie en of er interesse was om mee te doen in deze aanvraag.  ‘Uiteindelijk hebben we voor Alphen aan den Rijn, Den Haag, Gorinchem, Kaag en Braassem, Katwijk, Rijswijk, Rotterdam, Schiedam en Zoeterwoude gekozen omdat zij hun plannen al voldoende hadden uitgewerkt om snel te kunnen starten met de voorbereidingen voor investeringen’, vertelt Van der Maas.

De verschillende wijken hebben elk een eigen plan en ook een verschillende uitgangspositie als het gaat om middelen en mogelijkheden. Volgens Van der Maas vraagt het coördineren van de gezamenlijke aanvraag dus om maatwerk en goede en frequente communicatie. ‘De verschillende uitgangsposities worden gerespecteerd. Daarnaast worden aan alle gemeenten dezelfde randvoorwaarden gesteld voor investeringen en rapportages. We sluiten met elkaar een uitvoeringsovereenkomst waarin iedereen akkoord gaat met dezelfde rechten en plichten.’

‘Door goede samenwerking komen inzichten, inspiratie en oplossingen spontaan bovendrijven’

Een gezamenlijk belang

In deze subsidieaanvraag verloopt de samenwerking tussen de provincie en de gemeenten en tussen de gemeenten onderling heel goed. Volgens Van der Maas komt dit vooral omdat de gemeenten hun projectplannen heel graag willen uitvoeren. Er is een gezamenlijk belang, namelijk het binnenhalen van middelen voor het realiseren van hun eigen aardgasvrije wijken. ‘Het is mooi om te zien dat door deze samenwerking ook kennis en ervaringen gedeeld. Inzichten, inspiratie en oplossingen komen dan spontaan boven drijven’, aldus Van der Maas.

Ook wethouder Maat ziet voordelen in meer samenwerking tussen de gemeenten. ‘Niet elke gemeente hoeft het wiel opnieuw uit te vinden. Door ervaringen en ideeën uit te wisselen, kan je veel van elkaar leren en sneller meters te maken.’

De basis voor succes

Als Maat iets heeft geleerd van het traject rondom de aardgasvrije wijk in zijn gemeente, is het dat een goede samenwerking de basis is voor succes. ‘Samenwerking tussen de provincie en gemeenten. Maar voor de individuele gemeenten ook de samenwerking tussen alle partijen uit de wijk. Dit is een vraagt om veel inzet en geduld, maar het is cruciaal voor een goed verloop van het project.’

De provincie is ook enthousiast over de samenwerking rondom de subsidieaanvraag. Van der Maas ziet nog wel een grote uitdaging voor gemeenten om de investeringen binnen de afgesproken kaders van drie jaar te realiseren. ‘Het is en blijft een Europese subsidieregeling, met strakke regels over besteding en verwantwoording. Daarom zullen we ook vanuit de provincie veel aandacht besteden aan participatie en het verwerven van draagvlak in de wijken. Zodat alle plannen en investeringen de komende jaren gerealiseerd kunnen worden.’