Estafette Vernieuwing Lokaal Bestuur: Castricumse Zanderij als proeftuin voor Omgevingswet

De Estafette Vernieuwing Lokaal bestuur gaat op 13 december in Haarlem in op het thema ‘Onze Omgevingswet’. Het Noord-Hollandse Castricum heeft De Zanderij aangewezen als Omgevingswet-pilot. Een mooie casus voor de Estafette, want hier komen sterk uiteenlopende belangen bij elkaar op een terrein dat zijn voormalige functie verliest en dreigt te verrommelen. Vooruitlopend op de bijeenkomst, licht projectleider Hans Olsthoorn alvast toe hoe er rond De Zanderij ondanks de complexiteit tóch helderheid ontstaat.

Participatie kernbegrip

De Omgevingswet bundelt en moderniseert in één klap alle wetten voor de leefomgeving. Een even schitterende als complexe uitdaging voor iedereen: gemeenten, individuele burgers en alle stakeholders daar tussenin. Participatie is een kernbegrip van de Omgevingswet. De vormgeving van participatie wordt aan de gemeenten en burgers zelf overgelaten. Dat maakt het interessant goed te kijken naar de praktijkvoorbeelden die nu in ontwikkeling zijn, zoals De Zanderij.

Hans Olsthoorn
Hans Olsthoorn

“Schrijf zélf eens een hoofdstuk”

De Zanderij is een voormalige zandafgraving aan het NS station Castricum. Het gebied wordt verder wordt begrensd door de duinen en het dorp. De Zanderij is lang goeddeels in gebruik geweest door bloembollenkwekers, maar die zoeken hun heil inmiddels elders. Daarom wordt nu mét alle stakeholders gewerkt aan de invulling van een kadernota die de toekomst van het gebied beschrijft. Eenvoudig? Dat niet. Projectleider Olsthoorn: “Zeker niet als je de ambitie hebt om iedereen echt zoveel mogelijk mee te nemen en er voor te zorgen dat er geen verliezers en alleen maar winnaars zijn.” Lachend vervolgt hij: “Ik heb inmiddels wel eens gedacht: beste mensen, schrijf zélf eens een hoofdstuk!”

Veel belangen bij elkaar

Hans Olsthoorn licht de voorgeschiedenis toe: “Al in een vroeg stadium, zo’n tien jaar geleden, besloot de gemeenteraad géén woningen te bouwen tussen de duinen en het dorp.” Na dit besluit worden er wisselende signalen opgepikt. Er kwam een plan voor een Landalvakantiepark. Hiertegen bestond veel weerstand. Eén van de omwonenden kocht vervolgens ineens een flink stuk grond midden in het plangebied. Natuurbeheerder en duinwatermaatschappij PWN, op haar beurt,  wil het gebied teruggeven aan de natuur en er een nollenlandschap laten ontstaan. De Provincie ziet NS station Castricum en de aangrenzende Zanderij als de ‘Poort naar de Duinen’ . Olsthoorn: “Dat is óók een belang: de gestreste stedeling moet hier rust kunnen vinden. En dat moet allemaal bij elkaar komen”

“Ik heb wel gedacht: beste mensen, schrijf zélf eens een hoofdstuk!”

Harde noten kraken

Burgers en stakeholders begrijpen de gang van zaken zoals in de pilot rond De Zanderij snel én goed, en voelen zich in het algemeen ook wel beter gehoord, denkt Olsthoorn. Tegelijk krijgt uiteraard niet iedereen zijn gelijk. “Dat is ook wel een les”, zegt hij. “Bij de start van het participatieproces is iedereen als het ware gelijk. Maar al snel is natuurlijk voor iedereen duidelijk dat er niks van komt zonder – in dit geval – de medewerking van de grondeigenaren. Die zul je dus nauwer moeten betrekken.” En uiteindelijk moeten er ook gewoon harde noten gekraakt worden, bijvoorbeeld als grondeigenaren tóch per sé willen bouwen waar het niet kan.

De Zanderij: landbouwgrond terug naar de natuur

Creatief financieren

Inmiddels is goeddeels consensus bereikt over de toekomstige bestemming van het gebied. De vraag is nog wel hoe dit te financieren. Hiernaar wordt nu onderzoek gedaan. De grondeigenaren hebben een sleutelpositie; zij willen een goede grondopbrengst en dat is een probleem want natuurgrond is minder waard dan landbouwgrond. Aan de hand van de Kadernota Zanderij Noord, kan het gebied straks geleidelijk getransformeerd worden naar natuur. Duinbeheerder PWN heeft geld gekregen van de provincie voor natuurontwikkeling. Particulieren zijn bereid mee te werken, deels op voorwaarde van bouwmogelijkheden als compensatie.  Een andere mogelijkheid is om voldoende geld te genereren langs de weg van fondswerving. Dit heeft de voorkeur van omwonenden. Zij zijn tegen bouwen als compensatie voor natuurontwikkeling. Het mooie van de manier waarop gewerkt is aan de visie voor het gebied, is dat er ook ruimte is voor een ander geluid, vindt Olsthoorn. “Eén van de grondeigenaren ziet liever landgoed-achtige natuur op zijn grond. Die ruimte komt er mogelijk ook, zolang het maar tot ontwikkeling komt.” Dat is meteen ook een belangrijk leerpunt, zegt hij. “Iedereen moet zich open opstellen voor de ideeën van anderen. Dat geldt ook voor de gemeente: je kunt niet wachten tot elke sleuteltje precies in het slotje past.”

“Je kunt niet wachten tot elke sleuteltje precies in het slotje past”