Een overheid die vooral luistert? #Hoedan

‘Ambtenaren uit verschillende domeinen hebben een totaal andere bloedgroep. Je moet uitkijken dat je niet langs elkaar praat.’ De pilot Vitaal Buitengebied Zundert behelst een nieuwe aanpak van verschillende opgaven die elkaar allemaal raken. Daarnaast werken provincie, gemeente en waterschap actief samen met bewoners en bedrijven, op een manier die veelbelovend is, maar ook veel tijd en energie vraagt.

Groepje mensen met fiets luistert naar uitleg

In de serie #hoedan verdiept Overheid van Nu samen met de VNG het model voor multi-level governance van de NSOB vanuit de praktijk. Hoe pak je grote maatschappelijke opgaven met elkaar op, vanuit het perspectief van een gemeente?

In 1 minuut

  • Agrarische leegstand, vergrijzing, klimaatverandering en ontwikkelingen op agrarisch gebied komen allemaal bij elkaar in de pilot Vitaal Buitengebied Zundert.
  • Uitgangspunten van de pilot zijn: Samenwerken als één overheid; Inwoners en organisaties spelen de hoofdrol. Door experimenteren, zoeken en leren worden bouwstenen ‘opgehaald’ voor toekomstig beleid.

Vergrijzing, omschakeling naar duurzame energie en landbouw, ander waterbeheer als gevolg van klimaatverandering en honderden leegstaande boerderijen. Het is zomaar een aantal opgaven die spelen in het gebied rond de gemeente Zundert, in Zuidwest Brabant.

‘Soms moet je opgaven juist apart oppakken’, zegt Marien Provoost, van de gemeente Zundert, projectleider van de pilot. ‘Maar hierbij raken de problemen en de aanpak ervan elkaar heel sterk.’ René Rijken van waterschap Brabantse Delta: ‘Alle opgaven hangen samen met de leefbaarheid van het gebied. De leegstand was de aanleiding. Die willen we in de toekomst voorkomen.’

De pilot Vitaal Buitengebied Zundert die vorig jaar startte, kent een bijzondere opzet. Niet alleen is gekozen voor een integrale aanpak van de verschillende opgaven, ook heeft de overheid de rol van facilitator. Provincie, gemeente en waterschap halen, als één overheid, bij bewoners en bedrijven knelpunten, ideeën en oplossingen op. Ook de uitwerking ervan ligt bij de inwoners.

'Inspiratie voor de integrale aanpak begon tijdens het corso van Zundert: ‘er ontstaat dan een gemeenschapszin waar je u tegen zegt’

Luisterende overheid

Inspiratie voor deze integrale aanpak ‘van onderaf’ kregen de samenwerkende overheden twee jaar geleden tijdens het corso van Zundert. ‘Dat is een bijzondere tijd, er ontstaat dan een gemeenschapszin waar je u tegen zegt’, zegt Provoost. ‘We hebben toen besloten: die energie uit de gemeenschap moeten we inzetten voor het gebied. Dat is een nieuwe rol voor ons als overheid.’

Ook bij de uitwerking van de ideeën uit de samenleving hebben provincie, gemeente en waterschap een ‘luisterende, dienende rol’. Vorig jaar gebeurde dat tijdens vier bijeenkomsten met bewoners, dorpsraden en ondernemers. Hierop werden zeven deelgebieden en drie thema’s benoemd.

Initiatieven worden beoordeeld op hun ‘maatschappelijke meerwaarde’. ‘De ‘hoe kan het wel-mentaliteit’ is leidend. Met elkaar zoeken we naar kennis, kunde en ondersteuning om oplossingen mogelijk te maken’, aldus de gemeente Zundert over de pilot op haar website. Daarbij wordt ook gekeken naar de ‘ruimte tussen de regels’. Sinds begin dit jaar worden de ideeën uitgewerkt. Alle initiatieven en de uitwerking ervan zijn input voor het nieuwe Omgevingsplan.’

‘Het waterschap en de gemeente zijn veel flexibeler in hun werkwijze dan de provincie’

Confronterend

De pilot is een avontuur en gaat met vallen en opstaan, zeggen de deelnemers van provincie, gemeente en waterschap.

‘Het is belangrijk om het samen aan te gaan en te kijken wat nodig is’, zegt Nicole van Acker van de provincie Noord-Brabant. Zo werd duidelijk dat de afstemming tussen de overheden niet moest gebeuren tijdens het overleg met de dorpsraden. Het nam te veel tijd en wekte irritatie bij bewoners. ‘Voor die afstemming tussen de overheden is nu een apart overleg.’

Het werken als één overheid noemt Van Acker ‘niet altijd eenvoudig’. ‘Je weet dat de verschillen groot zijn en toch valt dat in de praktijk nog meer op. Het waterschap heeft een vrije rol en de medewerkers kunnen behoorlijk autonoom werken. De gemeente Zundert is een platte organisatie. Omdat vanuit verschillende programma’s inzet wordt geleverd er intern ook veel afstemming nodig is. Dat gaat niet vanzelf en moet echt georganiseerd worden, zowel onderling als richting management en de verantwoordelijk gedeputeerden.’

Ook haar collega Freek Liebrand, ook betrokken bij de pilot, vindt het samenwerken ‘lastiger dan gedacht’. ‘Dat heeft mij verrast. Het leek mij niet zo ingewikkeld, maar ambtenaren vanuit verschillende domeinen – water, leegstand, sociale veerkracht - hebben echt een totaal andere bloedgroep. Je moet uitkijken dat je niet urenlang langs elkaar heen praat. Het vraagt best wat energie om dat op één lijn te krijgen.’

Marien Provoost vindt de nieuwe aanpak van de pilot ‘confronterend’. ‘Als overheid hebben wij altijd geredeneerd vanuit beleidskaders met weinig speelruimte. Nu de deur openzetten voor innovatieve ideeën is dan ook bij de gemeenschap een heel omslagpunt. We hebben vooral geleerd wat niet kan en daardoor veel creativiteit weggenomen. We leren stap voor stap. Een terughoudende opstelling vanuit de overheid is zo’n les. Wat wij vinden is even minder belangrijk.’

‘De overheid neemt alle creativiteit weg door vanuit beleid te redeneren. Daarom willen we nu alle ideeën horen en zoeken we daarna de ruimte die de regelgeving biedt.’

Zoekende aanpak

Ook de uitwerking van de ideeën voor het gebied rond Zundert is anders dan anders. Geen plan van aanpak, doelen of deelresultaten, maar een zoekende aanpak en initiatieven die allemaal in een ander tempo worden uitgewerkt. Per deelgebied is een trekker of regisseur die het team bij elkaar roept en taken verdeelt. De overheden zorgen voor één contactpersoon per team en ondersteunt de uitwerking met expertise en informatie.

Het directe contact met bewoners is mooi en leerzaam, vindt Provoost: ‘Je voert als overheidsfunctionaris direct de discussies met bewoners. En mensen zien in die dialoog de dilemma’s die wij als overheid hebben. Dan is er een initiatief voor horeca. Prima, maar hoe denken de omwonenden daarover?’

Eerste resultaten

‘Corona’ heeft de uitwerking van de plannen wat vertraagd, maar inmiddels zijn twee initiatieven ingediend bij de gemeente. Een voormalige agrarische locatie in Eldert wordt waarschijnlijk een camperplaats, een andere leegstaande boerderij krijgt een bestemming voor groepswonen. In Aa of Weerijs wordt gekeken hoe het meer ‘klimaatrobuust’ maken van de beek kan worden gecombineerd met de aanleg van fiets- en wandelroutes.

De lessen uit de aanpak worden het komende jaar beschreven. Provoost: ‘Niet als blauwdruk ‘een dialoog voer je zó’. Wel als overzicht van dingen die we hebben geleerd. Een klein voorbeeld: een voorlichtingsbijeenkomst hoeft niet in een zaaltje. Er zijn ook initiatieven die een fietstocht organiseerden.’

‘Iedereen moet verder kijken dan zijn eigen postzegel’

Draagvlak

Leidt deze zoekende aanpak van de samenwerkende, luisterende overheden uiteindelijk ook tot heel andere resultaten en oplossingen?

Provoost vindt van wel: ‘Omdat we eerst inventariseren en niet meteen zeggen: dat kan niet vanwege bijvoorbeeld het bestemmingsplan. We smoren het niet in de kiem. Door deze aanpak worden burgers en ondernemers ook gedwongen om breder te denken dan alleen hun eigen belang. Iedereen moet verder kijken dan zijn eigen postzegel. Ik zie door deze nieuwe aanpak vooral veel meer ideeën ontstaan.’

René Rijken van het waterschap denkt dat de uitkomsten van de pilot wellicht niet bijzonder anders zullen zijn door de aanpak. Maar hij is een groot voorstander van de werkwijze.

‘Door het proces is het draagvlak voor de plannen groter. Je hebt al argumenten uitgewisseld met ondernemers, omwonenden, grondeigenaren. Er ontstaat begrip voor elkaars belangen. Ik denk zeker dat we bij het waterschap deze aanpak vaker zullen toepassen. Iedereen denkt mee over de toekomst, dus is uiteindelijk ook iedereen verantwoordelijk voor de uitkomst.’