3,5 jaar Vitaal Platteland: ‘Fundament ligt er, nu het huis’

Als een getalenteerd rock ’n roll-bandje dat zich drie jaar keihard in het zweet heeft gespeeld. En nu klaar is voor een mooie platendeal. Zo werd Vitaal Platteland getypeerd tijdens een bewogen dag waarop het programma eerlijk in de spiegel keek.

Tractor rijdt tussen meeuwen

Vitaal vooruit – de oogst van 3,5 jaar IBP Vitaal Platteland (VP), mocht je met recht een vitaal dagprogramma noemen. De dag begon met een webinar ‘uit de Haagse torens’ - aan tafel met de PBL-directeur, de DG van LNV, een dijkgraaf en een programmadirecteur. En de dag eindigde in de klei van een natuurboerderij en een gebiedscoöperatie in de provincie Groningen.

Daartussenin een ware parade van provinciale, gemeentelijke, landelijke en waterschapbestuurders, burgerinitiatiefnemers, verbinders, programmatrekkers, adviseurs en agrariërs.

Kritische reflectie

Er was ruimte voor kritische reflectie. PBL-directeur Hans Mommaas zei dat het IBP VP hem wel deed denken aan Relativiteit - de beroemde tekening van Escher. Je ziet mensen in een trappenhuis lopen, maar dat trappenhuis zit zo in elkaar dat je niet kunt zien of ze zich naar boven of naar beneden bewegen (en zij zien het zelf ook niet). Heel veel beweging, dus, maar nog weinig richting.

Mommaas: ‘Er is nog geen duidelijke visie op waar het heen moet met het platteland en er is nog niet genoeg interbestuurlijke samenwerking zichtbaar.’

Johan Osinga, DG bij het ministerie van LNV, is blij dat het fundament nu wel is gelegd. ‘Maar er staat nog geen huis op. We staan pas aan het begin. Helemaal als je bedenkt dat we al die opgaven – vitaal platteland, regionale economie, woonopgave, energietransitie – uiteindelijk bij elkaar moeten krijgen.’

Programmadirecteur Olga van Kalles memoreerde dat VP schoorvoetend was begonnen. ‘Bij veel partijen die nu samenwerken, moest eerst de rugzak leeg van dingen die in het verleden niet goed waren gegaan. Dat moest eerst op tafel voordat we verder konden. En dat kostte meer tijd dan vooraf gedacht.’

‘Het is een proces waarin we samen struikelend voorwaarts gaan’, resumeerde Mario Jacobs, voormalig wethouder in Tilburg, tegenwoordig dijkgraaf.

‘Vroeger pakten wij de trein naar het ministerie in Den Haag. Nu komt het naar ons. Én brengt ’t geld mee’

Trein naar Tilburg

Aan de andere kant, zo werd opgemerkt: het kost nu eenmaal tijd als je voor de eerste keer met elkaar samenwerkt. Of op een gelijkwaardige manier samenwerkt waar eerst hiërarchie de norm was. Mario Jacobs: ‘Vroeger pakten wij de trein naar het ministerie in Den Haag. Nu komt het naar Tilburg. Én brengt ‘t geld mee.’  

In het middagprogramma kwamen voorbeelden van interbestuurlijk werken in complexe omgevingen langs.

Wethouder Fons d’Haens uit Bladel schetste bijvoorbeeld de problematiek in de Brabantse Kempen: ‘Er is daar een natuurgebied met drie vennen, dat aan het verdrogen is. We willen de landbouw daaromheen extensiveren in het kader van de transitie van de veehouderij. Het is lastig manoeuvreren omdat er in het gebied ook staand natuurbeleid geldt met betrekking tot beschermde dier- en plantsoorten. En we willen aan de rand van het natuurgebied windturbines plaatsen. Daarvoor heeft overigens een aantal lokale ondernemers het initiatief genomen vanuit de ambitie om het gebied hier in economische zin verder mee te helpen. Maar daar is ook weer niet iedereen blij mee.’

De tijd dat elk departement zijn eigen regels en beleid losliet op het gebied’, ligt achter ons, vervolgde d’Haens. ‘De betrokken partijen proberen de ontwikkelingsopgave voor dit gebied nu te vatten in een regiodeal.’

Tussen mens en functionaris

Dat dit geen gemakkelijk proces is, maakte prof. dr. Geert Teisman duidelijk in zijn bijdrage. De medeauteur van het essay ‘Effectief sturen met multi-level governance’ en ‘huisadviseur’ van IBP VP, zegt dat er nog steeds de nodige institutionele belemmeringen over ons worden uitgerold.

‘Als mens begrijpen we wel dat we de maatschappelijke opgave centraal moeten stellen. Maar als functionaris vinden we dat moeilijk. Dan is het eigen beleid toch vaak belangrijker dan het gemeenschappelijke doel.’

Het zou helpen, besloot Teisman, als we ons in het verantwoording afleggen minder concentreren op het eigen beleid in de eigen koker, en meer op het gezamenlijke resultaat. ‘Die omdraaiing moet nog gebeuren.’  

‘Over 20 jaar zal de impact van IBP VP veel groter blijken dan we ons nu kunnen voorstellen’

Het hoogste doel

Alex Datema is melkveehouder en onder meer voorzitter van BoerenNatuur, dat zich hard maakt voor agrarisch natuur- en landschapsbeheer. In zijn slotvideo relativeerde hij de drang om de opbrengst van 3,5 jaar VP nu al te willen vatten in tastbare resultaten.

‘Als je over 20 jaar terugkijkt op IBP VP, dan concludeer je waarschijnlijk dat de impact veel groter is geweest dan we nu kunnen bevroeden. Waarom? Omdat het mensen aan het denken heeft gezet en anders heeft leren denken, mensen heeft laten samenwerken en ze heeft losgetrokken uit hun comfort-zone. Kortom, het heeft mensen in beweging gebracht en dat is het hoogste doel wat je kunt bereiken!’

Die beweging krijgt een gevolg, ongeacht de uitkomst van de lopende kabinetsformatie. Niet alleen wordt er dit jaar nog een aantal werkplaatsbijeenkomsten georganiseerd. Ook komt er een nieuw nationaal programma Landelijk Gebied, met een bredere scope dan VP, meer in relatie met de NOVI die er aankomt. Olga van Kalles wordt de nieuwe programmadirecteur.

Een uitgebreid verslag van de bijeenkomst vind je hier. Op 24 maart werd ook het fraaie magazine Vitaal Vooruit gepresenteerd. Het Planbureau voor de Leefomgeving publiceerde op 15 april haar Lerende evaluatie Interbestuurlijk Programma Vitaal Platteland.