Slim samenwerken of fuseren?

Inzichten van De Dag van de Financiële Verhoudingen

In de derde aflevering over de inzichten van De Dag van de Financiële Verhoudingen gaan we in op het vraagstuk van samenwerken zelf: is een fusie een oplossing? Of zijn er ook andere manieren denkbaar? Ronald Vuijk, oud-wethouder, oud-Kamerlid en als promovendus verbonden aan de vakgroep bestuurskunde van de Radboud Universiteit put uit zijn eigen ervaring. En burgemeester Hafkamp van de gemeente Bergen laat zien, welke voordelen een ambtelijke fusie kan bieden.

Áfbeelding financiële verhoudingen

‘Samen, maar toch apart.’ Zo luidde ooit de titel van een rapport van de gemeente Bergen over de gemeentelijke fusie, waar de gemeente mee van doen had. In 2013 startten de eerste gesprekken over een gemeentelijke samenwerking. Met als doel om de kwaliteit van dienstverlening te verbeteren. Zijn andere opties ook overwogen? Feitelijk niet: een mogelijke fusie met Alkmaar - de burgemeester schetste een beeld van ‘Groot Alkmaar’- was een brug te ver.

‘Opeens ben je na die fusie een grote werkgever. Een zogenaamde 100.000+ gemeente.’

Dat was het startsein voor een verkenning tussen Bergen, Uitgeest, Castricum en Heiloo. Een verkenning, die niet tot een herindeling leidde, maar tot een ambtelijke fusie. Waarbij vier gemeenten nauw samenwerken, ondersteund door één ambtelijk apparaat. Maar waarbij wel iedere gemeente zijn eigen bestuur en raad ‘overeind heeft gehouden’: zo kent de ambtelijke fusie BUCH vier gemeentebesturen, vier raden en vier stadhuizen. Maar wel één werkorganisatie. Iedere vier jaar is er een andere burgemeester voorzitter van het BUCH-bestuur. Wat levert zo’n ambtelijke fusie nu op? Volop kansen, zo betoogt burgemeester Hafkamp: ‘Opeens ben je na die fusie een grote werkgever. Een zogenaamde 100.000+ gemeente.’

Dergelijke vormen van samenwerken kunnen ook spanningen opleveren, zo laat Ronald Vuijk zien. In zijn tijd als wethouder in Delft, werd er in het Stadsgewest Haaglanden bijvoorbeeld samengewerkt met een gezamenlijke vuilophaaldienst. In tijden van schaarste ontstaat dan spanning: tussen de kwaliteit van dienstverlening (hoe vaak halen we het vuil op? Welke vorm van ‘schoon’ hanteren we?), de mate van verduurzaming en de -door sommigen gewenste- soberte (de wethouder van financiën).

‘Ik leerde dat lokale autonomie belangrijk is, je moet ook wel.'

In de wetenschap dat ‘Delft altijd geld te kort heeft, en Midden Delfland altijd geld over’ gaf dat spanning. Vuijk: ‘Ik leerde dat lokale autonomie belangrijk is, je moet ook wel. Je gaat namelijk niet over de inkomsten, maar bent wel verantwoordelijk.’
En dus is het cruciaal dat raadsleden echt hun controlerende rol en bevoegdheden moeten houden. In zijn ogen werkt het voorbeeld van de Drechtsteden (in de vorm van ‘De Drechtraad’) inspirerend. Al zal ook in de Drechtsteden blijven gelden, dat goed kunnen samenwerken pas écht bewezen is, als er tijden van schaarste aanbreken.  

Het voorbeeld van de Veiligheidsregio
Burgemeester Bolsius over ‘toeval’ en bekostiging

Regionale afstemming wordt steeds belangrijker. Immers: de financiële draagkracht van een regio is medebepalend of bepaalde voorzieningen wel of niet overeind gehouden kunnen worden. In sommige gevallen zou directe bekostiging ‘logisch’ zijn, maar functioneert het systeem nog niet op die manier.
Bolsius geeft het voorbeeld van de veiligheidsregio: waar juist de regio steeds belangrijker wordt, is de financiering daar nog steeds niet goed op afgestemd. Concreet voorbeeld: bij het uitbreken van een grote brand, moet de ‘hoogwerker’ uit Amersfoort komen of rukt uit een aantal gemeenten de brandweerauto’s uit. Maar vormt ook de opvang van 80 inwoners die uit hun woning moeten, een kostenpost. Is het dan redelijk, dat zo’n kostenpost bij één gemeente  terechtkomt? Steeds meer vraagstukken zitten  op het bovenlokale en ook wel boven-regionale niveau. En dus zou het  logisch zijn om de financiering op die manier te regelen.

Essays:

  • Financiële overwegingen bij ambtelijke fusie en bestuurlijke herindeling, Michiel Herweijer,
  • Doelmatigheidswinst bij gemeentelijke samenwerking: wat is daar voor nodig?, Tom de Greef