Wilde plannen en krankzinnige vondsten – zo kon (en kan) Nederland er over 100 jaar uitzien

Het nieuws stemt niet altijd vrolijk als het gaat over hoe Nederland er over 100 jaar mogelijk uitziet. Op zulke momenten moet je langsgaan bij het Nieuwe Instituut in Rotterdam. Daar loopt de tentoonstelling Nederland op de tekentafel. 100 jaar toekomstideeën. Met voorbeelden uit de architectuurcollectie en nieuwe ontwerpvoorstellen vind je hier de inspiratie om hoopvol en creatief te kijken naar ruimtelijke ordening. Met een vleug participatie.

Kunstwerk dat de stad van de toekomst illustreert
Beeld: ©Studio Monnik
Alles Komt Goed; Indrukken uit de Gewortelde Tijd

In de 100 jaar dat de Rijkscollectie voor Nederlandse Architectuur en Stedenbouw bestaat, zijn de gekste en meest briljante ideeën de revue gepasseerd. En altijd komen dezelfde grote thema’s en maatschappelijke kwesties terug. Deze tentoonstelling brengt verleden en toekomst bij elkaar en daagt de bezoeker uit om te leren van eerdere ideeën.

De tentoonstelling is opgezet rond vier thema’s in verschillende kamers: Toekomstbeelden voor Nederland - met grootschalige, nationale plannen voor de langere termijn. Transities - over de veranderende kijk op natuur en landschap. Samen leven - over huisvesting en de vraag hoe we in de toekomst met elkaar willen samenleven. En Inspraak! - over de betrokkenheid van bewoners bij de vormgeving van hun leefomgeving.

De tentoonstelling Nederland op de tekentafel. 100 jaar toekomstideeën kwam in samenwerking met het College van Rijksadviseurs (CRa) tot stand. Het CRa is een onafhankelijke raad die het Rijk adviseert over actuele maatschappelijke opgaven en omgevingskwaliteit. Voor de tentoonstelling putte het CRa uit het recente verleden - van ontwerpprijsvragen voor biobased wonen en vluchtelingenhuisvesting, tot ‘Young Innovator’-projecten. En er zijn prikkelende toekomstverbeeldingen te zien van visionairs, denktanks en universiteiten.

Volgens Saskia Naafs, strategisch adviseur van het CRa, laat de tentoonstelling zien dat de toekomst van Nederland niet alleen een kwestie is van beleid, politiek en toekomstberekeningen. Langetermijndenken, wilde plannen en krankzinnige vondsten voeren de boventoon. ‘Met Nederland op de tekentafel. 100 jaar toekomstideeën wilden we laten zien dat er heel veel mooie plannen zijn. Hier zie je de Nederlandse maakbaarheidsgedachte terug.’

‘De nadruk ligt op langetermijndenken, wilde plannen en krankzinnige vondsten - hier zie je de Nederlandse maakbaarheidsgedachte terug’

Er valt wat te kiezen

De reis begint bij een plek om te vertragen. Op een tapijt staan plastic planten en rotsblokken, een houten tafeltje en in het midden een aantal koptelefoons. Naafs vertelt dat die plek er met een reden is. ‘De klimaatcrisis, de wooncrisis, de zorgcrisis - er zijn veel crises die onze aandacht vragen. Het overheersende pessimisme kan verlammend werken. Maar er valt wat te kiezen. Jij en ik hebben invloed op hoe de wereld eruitziet.’

Bij de synthetische tuin, ontworpen door Loom, wordt je als het ware toegefluisterd om te reflecteren op hoe jij denkt over tijd. Er moeten op korte termijn duizenden nieuwe woningen komen en de zeespiegel stijgt elk jaar. Maar kun je ook de tijd nemen om na te denken over oplossingen waar we over honderd jaar nog wat aan hebben? Welke belangen spelen een rol? En hoeveel tijd hebben we nog om met oplossingen te komen?

Foto van een museumtentoonstelling
Beeld: ©Oglaya Doua
Vier grote kaarten van Nederland in 2050, onderdeel van de ontwerpmanifestatie Nederland Nu Als Ontwerp, eind jaren tachtig. Het enthousiasme voor de tentoonstelling toen, laat zien dat er groots werd nagedacht over de toekomst van Nederland.

Nederland in vier scenario’s

Aan de rechterkant van de synthetische tuin staan vier grote kaarten van Nederland, onderdeel van de ontwerpmanifestatie Nederland Nu Als Ontwerp, eind jaren tachtig. Elke kaart laat een scenario zien van Nederland in 2050. Drie van de vier kaarten zijn vanuit het gedachtegoed van een politieke partij gemaakt. De laatste kaart is een technologisch optimistisch toekomstbeeld van de makers zelf. In 1987 stonden deze scenario’s tentoongesteld in de Beurs van Berlage in Amsterdam. Het enthousiasme voor de tentoonstelling toen laat zien dat er groots werd nagedacht over de toekomst van Nederland.

Aan de andere kant hangen vier hedendaagse kaarten van Nederland in 2050, maar dan gemaakt vanuit verschillende waarden, gebaseerd op wetenschappelijk en ontwerpend onderzoek. De toekomstscenario’s, ontwikkeld door het Planbureau voor de Leefomgeving, brengen in beeld welke gevolgen verschillende keuzes voor Nederland in 2050 hebben. Zo is de verstedelijking in het toekomstscenario Regionaal Geworteld verspreid over het land. Grote steden zijn kleinschalig uitgebreid en kleinere steden en dorpen zijn organisch gegroeid. In feite maken lokale en regionale gemeenschappen de dienst uit.

‘Een klimwand, een stadscamping - bestaande flatgebouwen bieden meer dan alleen ruimte voor wonen’

Foto van een museumtentoonstelling
Beeld: ©Oglaya Doua
Ontwerpbureau ZUS maakte een ontwerp waarin Nederland in het jaar 3000 ook een duinmetropool kan worden.

Van ideeën naar ontwerpen

Voor wie niet zo goed is in kaarten en legenda’s lezen, worden de andere kamers pas echt leuk. Want hoe ziet een Nederland eruit dat uitgaat van economische principes? Op regionaal niveau zie je daar creatieve experimenten en vindingrijke alternatieven. Bijvoorbeeld in een maquette uit 1987 met een boterfabriek verpakt als een koe. Het is een prikkelend scenario van OMA voor de Haarlemmermeer waarin de architectuur van de bedrijven helemaal in dienst staat van vraag en aanbod. In 2050 is de Haarlemmermeer volgens deze visie een gebied waar verschillende agro-industrie samenkomt: veldproductie, productiebedrijven en halffabrikatencentra.

Bij de recentere ideeën vind je een mini-poppenkast van een gebouw met verschillende functies. Het idee komt van Violette Schönberger, Jan Nauta en Tim Peeters, die kansen zagen voor een gebouw in Kerkrade dat gepland stond voor sloop. De aandacht ligt vooral op het behouden van dezelfde structuur en ruimte delen met elkaar.

Naafs: ‘Deze maquette laat zien dat ook een bestaand flatgebouw meer biedt dan alleen ruimte voor wonen. Een klimwand bijvoorbeeld. Of een stadscamping.’

Verderop een voorbeeld van hoe woningbouw niet automatisch meer CO2-uitstoot en stikstof hoeft te betekenen. In een reeks tekeningen van Studio Nauta & Mulder Zonderland voor de ontwerpprijsvraag Nieuwe Veemarkt in Zwolle, zie je nieuwe typen appartementen die gemaakt zijn met plantaardig herbruikbaar materiaal en die aanpasbaar zijn in de tijd. De tekeningen maken de vooruitzichten van een duurzame toekomst waarin mensen meer in balans zijn met de natuur, een beetje echter.

Foto van een museumtentoonstelling
Beeld: ©Oglaya Doua
De maquette van Violette Schönberger, Jan Nauta en Tim Peeters laat zien dat ook een bestaand flatgebouw meer biedt dan alleen ruimte voor wonen.

Land met een plan

Ook wordt er nog verder vooruit gekeken. Nederland in 2120 kan er volgens Wageningen University & Research ook veel groener uitzien dan we nu wellicht denken. In een natuur-inclusieve toekomst is er een hoofdrol weggelegd voor thema’s als waterbeheer, energie, landbouw, circulaire economie, verstedelijking en biodiversiteit. In een ontwerp van KuiperCompagnons wordt water omarmd. Die kaart spreekt van een ‘Duinstad’, het ‘Blauwe Hart’ en een ‘Kantstad’. De Randstad als een soort Venetië waarbij op de Noordzee duurzame energie en teelt wordt geproduceerd.

Ontwerpbureau ZUS keek zelfs nog verder: in het jaar 3000 kan Nederland ook een duinmetropool zijn. In hun model stimuleren ze het natuurlijke proces van duinvorming. Met een optimistische blik waarbij het niet alleen gaat over het tegenhouden van zeewater, maar ook over de gebouwde omgeving, infrastructuur en behoud van zoetwater.

Foto van een museumtentoonstelling
Beeld: ©Oglaya Doua
Bij verschillende bijeenkomsten zaten deelnemers op dit laken van Anna Maria Fink and Elza Bērziņa om met elkaar te praten over de toekomst van De Peel in Noord-Brabant.

Ontwerpen met en voor iedereen

Bij het laatste thema Inspraak! komt de intentie van de tentoonstelling tot leven. Wie mogen meedenken over de toekomst van steden en dorpen, parken en straten? Welke rol kan ontwerp spelen in het verbinden van politiek en samenleving? En wie ontwerpt er dan?

Naafs: ‘De ideeën die hier worden gepresenteerd, zijn een startpunt om iedereen mee te laten denken over de toekomst van Nederland. En om je handvatten te geven voor het voeren van het gesprek.’

Van dat laatste is het laken van Anna Maria Fink and Elza Bērziņa een goed voorbeeld. Op het laken staat een kaart van De Peel in Noord-Brabant. Een moeilijk gebied omdat landbouw en natuur hier bij elkaar komen en botsen. Bij verschillende bijeenkomsten zaten deelnemers op dat laken om met elkaar te praten over de toekomst van het gebied. ‘Dat praat toch wat anders dan als je in een vergaderzaaltje zit’, zegt Naafs.

In het Mini-Ministerie van de Toekomst, ontworpen door Verveeld & Verward en Hugo Nagtzaam, neem je plaats op de stoel van de minister van de toekomst. Centrale vraag: wat moeten we nú doen om daar te komen? Je kiest een avatar als persoonlijke gids uit het jaar 2100 en beantwoordt vragen: hoe wekken we energie op? Hoe verplaatsen we ons? Hoe wonen we? Aan de hand van je antwoorden rolt er een toekomstscenario uit, geholpen door scenario’s van het Planbureau voor de Leefomgeving.

De tentoonstelling eindigt bij de Wunderkammer gemaakt door Studio Dérive. Die nodigt uit om direct de handen uit de mouwen te steken en op een creatieve manier invulling te geven aan de toekomst. ‘Ook participatie is geen nieuw idee’, zegt Naafs. ‘Dat het belangrijk is, weten we. Maar het is essentieel om na te blijven denken over hoe je met z’n allen werkt aan oplossingen.’

Foto van een museumtentoonstelling
Beeld: ©Oglaya Doua
Het miniministerie van de toekomst, ontworpen door Verveeld & Verward en Hugo Nagtzaam, waarin je op de stoel van de minister van de toekomst mag zitten.

De tentoonstelling ‘Nederland op de tekentafel. 100 jaar toekomstideeën’ is nog tot 2 juni 2024 te zien in het Nieuwe Instituut in Rotterdam.