Hoe je interbestuurlijk een compleet circulaire straat bouwt

Het begon bij een idee van wooncorporatie Wonion om een rijtje huizen te bouwen met hergebruikte materialen. Maar begin volgend jaar staat er een compleet circulaire straat. De huizen zijn niet aangesloten op het riool, omdat gebruikt water en regenwater wordt gezuiverd en opnieuw gebruikt. Dat was nooit gelukt zonder een intensieve samenwerking van gemeente, Waterschap Rijn en IJssel, Vitens en Wonion. Hoe lukt het om samen goed op te trekken?

Impressie van huizen met veel groen en bomen
Beeld: ©Wonion
Impressie van de huizen in de Heuvelstraat, Silvolde

In 1 minuut

  • In april 2023 worden de eerste nul-op-de-meterhuurwoningen in de Heuvelstraat opgeleverd. De huizen hebben geen energie nodig van een energieleverancier en regenwater, opgevangen door het dak, wordt naar de toiletten en vaatwasser gestuurd. In sommige huizen wordt het regenwater omgezet in drinkwater, en na zuivering teruggebracht in de bodem.
  • Het project begon in 2016, op initiatief van Gerrolt Ooijman van wooncorporatie Wonion, met inspiratiesessies. Met steeds meer partners werd nagedacht over een duurzame straat. Ooijmans lef en vastberadenheid overtuigden de gemeente, het waterschap en Vitens om in te stappen als samenwerkingspartner.
  • In de samenwerking is veel geleerd: de samenwerkingspartners van de gemeente en waterschap zorgden voor bestuurlijk draagvlak door afspraken tussen wethouders en bepaalde partijen te regelen. In het team was begrip voor de positie van elke partij en dachten ze na over de belangen die iedere partij had om aan te haken.
  • Gezamenlijk werd er ook vaak gesproken over de ambitie: een leefbare woonomgeving. Door een intensief subsidietraject groeide het enthousiasme en het besef dat ze met elkaar echt wat bijzonders aan het neerzetten waren.
  • Ondanks de afgewezen subsidieaanvraag en de duur van het project (2016-2023) wisten de partners hun organisaties  aangehaakt te houden, omdat ze het project veel exposure gaven, o.a. in de krant en op een beurs. Bij tegenslagen legde het team de nadruk op het innovatieve en het nut van het project. 

In Holland staat een hek

In de Heuvelstraat in Silvolde staan 36 woningen uit 1922 en iets na de Tweede Wereldoorlog.

De woningen waren technisch en qua plattegrond niet aanpasbaar, daardoor stond de straat bij wooncorporatie Wonion al langer op de lijst voor sloop en nieuwbouw, vertelt Gerrolt Ooijman, directeur-bestuurder van Wonion.

In 2016 ontstond het idee om een denkbeeldig hek om de woningen heen te zetten, en om alle materialen binnen dat hek te hergebruiken.

‘Dat is natuurlijk niet haalbaar’, weet ook Ooijman, ‘maar daardoor zet je een denkproces in werking over het belang van hergebruikte materialen. En over wat er allemaal zou kunnen, ook in andere projecten van onze corporatie.’

‘Je kijkt echt naar de opgave: niet alleen als corporatie, maar ook als gemeente. Samen kijk je naar het gebied’

Circulariteit in al z’n facetten

André Putker, sinds drie jaar programmamanager fysieke leefomgeving bij de gemeente Oude IJsselstreek, haakte aan toen het project al een tijdje liep.

Putker: ‘Ik moet zeggen dat ik in eerste instantie dacht: dit is een van de vele projecten die een corporatie doet waarbij ze de gemeente nodig hebben. Maar al vrij snel had ik door dat dit geen doorsneeproject is. Het gaat over circulariteit in al z’n facetten.’

Wonion organiseerde inspiratiebijeenkomsten onder leiding van architect/innovator Thomas Rau. Niet alleen het hergebruik van materialen kwam aan bod, maar ook groene energie en natuurinclusief bouwen. Ooijman: ‘De flora- en faunaonderzoeken duurden langer, daardoor was er meer tijd om de huizen uit te denken.’

Er werd een kansenkaart gemaakt waarin alle duurzame kanten werden uitgewerkt.

Putker: ‘Je kijkt echt naar de opgave: niet alleen als corporatie, maar ook als gemeente. Samen kijk je naar het gebied. Gerrolt [Ooijman, red.] heeft daar een bijzondere ambitie in.’

Meedoen

Toch was het lang niet gezegd dat iedereen gelijk stond te springen. Ooijman: ‘Toen onze interne ambitie er al was, nodigden we partners uit die circulair dachten en wilden meedoen. Aanvankelijk kregen we in 2016 met moeite twintig mensen bij elkaar.’ Toch bleef Wonion mensen uitnodigen, tot onder andere de gemeente, een sloopbedrijf, netbeheerder en het waterschap waren aangehaakt.  

‘De gemeente was gelijk enthousiast, maar die was aanvankelijk erg zoekend in hoeverre ze mee wilden gaan in ons plan. Ze dachten: moeten we dit niet gewoon bij Wonion laten?’

Ook Vitens was aanvankelijk terughoudend. Putker: ‘Daarin kun je elkaar helpen. Ik heb een wethouder die enthousiast was over het project, die heb ik aangeraden eens met de bestuurder van Vitens te bellen. Zo zorg je voor draagvlak. Sindsdien is de samenwerking met Vitens hartstikke goed verlopen.’

Ooijman: ‘We hebben veel gesprekken gevoerd en duidelijk gemaakt: we gaan dit echt dóén.’

Ook Waterschap Rijn en IJssel liet zich verleiden om in te stappen als adviseur, terwijl zij normaal gesproken alleen de watertoets doen bij een woningproject. Accountmanager bedrijven Dennis Roes vertelt: ‘We zien zo’n grote droogte in de Achterhoek en we zien dat Wonion met Gerrolt als kartrekker echt buiten de gebaande paden gaat. Zij steken hun nek uit rondom klimaatadaptatie en droogte. Daarom heb ik tegen mijn collega gezegd: als jij de watertoets doet, dan stap ik in het proces als adviseur.’

En dat ligt helemaal niet zo erg voor de hand. Roes: ‘Er zijn duizend-en-één redenen waarom je dit niet zou moeten doen. Het staat haaks op het huidige heffingsmodel van het waterschap. Maar als je stappen wilt gaan zetten in de droogteproblematiek, zul je hier moeten beginnen. Ik geloof er heilig in dat deze oplossing op termijn goedkoper gaat worden.’

‘Je gaat op zoek naar het belang van de ander. Samen met Wonion hebben we nagedacht over de andere partijen: welke doelstellingen kunnen zij hebben om mee te doen?’

Tegenslagen en champagne

Het project gaat Roes een aantal flessen champagne kosten, maar dat maakt hem niet uit, vertelt hij vrolijk. ‘Successen moeten worden gevierd.’ 

Begin volgend jaar worden de eerste nul-op-de-meterwoningen in de Heuvelstraat opgeleverd. De woningen zijn klimaatneutraal, wekken voldoende energie op voor eigen gebruik, en er is ook sterk ingezet op het besparen van water.

Sommige woningen zijn zelfs helemaal waterneutraal. Zo wordt het douchewater na reiniging opnieuw gebruikt voor de wasmachine en het spoelen van het toilet. En het opgevangen regenwater wordt voor twee woningen omgezet in drinkwater.

In de straat komt bovendien geen riool. Al het afvalwater gaat na zuivering, net als het regenwater, terug in de bodem.

‘Dit is alleen gelukt omdat alle partners het zagen zitten, en ervoor gingen’, vertelt Roes stralend.

‘Als er niet bij alle projectpartners zoveel enthousiasme was geweest, dan was dit een heel zwaar traject geworden.’

Maar, zo vertelt hij er duidelijk bij, alle credits moeten naar Ooijman. ‘Hij heeft ons erdoorheen getrokken. Wonion heeft altijd gezegd: ondanks alles gaan we dit doen.’

En die vastberadenheid was best weleens nodig. Roes biecht op: ‘Ik heb op een paar momenten gedacht, we gaan het niet redden.’

Zo werd de EFRO-subsidie, waaraan het projectteam hard had gewerkt, niet toegekend. Dat was een bittere pil om te slikken, geven Ooijman, Putker en Roes alle drie toe.

‘Maar het gezamenlijk enthousiasme was zo groot, dat we gekeken hebben hoe we toch verder konden’, aldus Putker. ‘Dan maar afschalen, besloten we.’

Niet alle huizen, maar slechts een paar huizen zouden gaan experimenteren met een gesloten waterkringloop, was de uitkomst.

‘We hebben het einddoel van een circulaire straat altijd voor ogen gehad. Dan moet je over elkaars’ verantwoordelijkheden heen kijken’

  • Tekeningen van huizen in de Heuvelstraat
    Beeld: ©Wonion
  • Beeld: ©Wonion
  • Beeld: ©Wonion

Kijk naar het belang van de ander

Paradoxaal genoeg was de mislukte subsidieaanvraag tegelijkertijd een succesfactor van de samenwerking. ‘Het was een intensief traject’, zegt Ooijman erover.

Putker vult aan: ‘Als je gezamenlijk aanvraagt, krijg je iedereen om tafel, voer je gesprekken over je gezamenlijke ambitie. Dan zie je dat mensen langzamerhand gaan geloven dat we hier echt iets bijzonders aan het doen zijn.’

Sowieso is het belangrijk om het te hebben over de ambitie, vertellen Putker en Ooijman. Ze hebben het als projectteam vanuit verschillende partijen vaak over wat ze met elkaar willen bereiken: een leefbare woonomgeving.

Tegelijkertijd is daarbij belangrijk dat je begrip hebt voor elkaars’ positie, en begrijpt welke belangen elke partij heeft.

Putker: ‘Je gaat op zoek naar het belang van de ander. Iedere partij heeft z’n eigen doelstellingen. Samen met Wonion hebben we nagedacht over de andere partijen: welke doelstellingen kunnen zij hebben om mee te doen?’

De gemeente wil verdroging tegengaan en klimaatadaptatie toepassen. Het waterschap wil decentraal zuiveren. Vitens wilde onderzoek doen naar waterbesparing en decentrale productie van water. Gezamenlijk wilden we de waterkringloop sluiten.’

‘Als er niet bij alle projectpartners zoveel enthousiasme was geweest, dan was dit een heel zwaar traject geworden’

Over organisatiegrenzen heen

Tegelijkertijd vervagen de grenzen van organisaties. Ooijman: ‘We hebben het einddoel van een circulaire straat altijd voor ogen gehad. Dan moet je over elkaars’ verantwoordelijkheden heen kijken.’

‘Neem het regenwater. We wilden dat ter plekke zuiveren. Dan lopen verantwoordelijkheden door elkaar heen, want de gemeente is verantwoordelijk voor riolering, Vitens voor het drinkwater en het waterschap voor de zuivering. Maar het doel is circulariteit.’

Hoe hebben ze dat geregeld? Uiteindelijk heeft Vitens besloten de verantwoordelijkheid voor de drinkwaterkwaliteit op zich te nemen.

De samenwerking gaat dus over lef tonen, en het vertrouwen in elkaar.

Er staat dan ook niet veel op papier over de samenwerking. ‘Hoe vaster, hoe moeilijker’, vindt Ooijman. ‘Dan gaat iedereen op de letter letten.’

Het enige wat is vastgelegd, is dat de gemeente de eindverantwoordelijkheid heeft voor de buitenruimte en het water, en Wonion voor de woningen en de buitenruimte die van de corporatie is. Dat betekent in de praktijk dat ze daarin nog steeds samen optrekken, maar dat de verantwoordelijkheid voor het opdrachtgeverschap bij de ene of de andere partij ligt.

‘We focusten op het nut en innovatieve, als er tegenslag was’

Het vuurtje gaande houden

Hoe hielden de partijen hun eigen organisaties aangehaakt, ondanks de afgewezen EFRO-subsidie en de duur van het project (2016-2023)?

Roes: ‘We gaven altijd veel exposure aan het project. Door te laten weten waar je mee bezig bent en wat de uitgangspunten zijn, krijg je bestuurlijk ook makkelijker draagvlak.’

‘Zeker na tegenvallers zoals de afgewezen subsidie is het belangrijk dat je mensen blijft enthousiasmeren. Daarom hebben we het project aangedragen voor de innovatieprijs van de Unie van Waterschappen. En voor Aquatech, een internationale beurs in Amsterdam. Samen met Vitens hebben we het project ook op omroep Gelderland gebracht. Je moet dat vuurtje elke keer aan de gang te houden.’

Putker: ‘Hoe maak je mensen enthousiast als iets begint in 2016 en pas in 2023 af is? Door er aandacht voor te blijven vragen, met name het waterconcept is daarvoor interessant. Zelf vind ik het concept van Peter Scheer van Semilla Sanitation erg goed: ‘from pee to tea’ - dat spreekt tot de verbeelding. We focusten op het nut en innovatieve, als er tegenslag was.’

Meten en opschalen

Begin volgend jaar worden de woningen opgeleverd, maar dat is niet het eindpunt van het project.

‘Er moet getest gaan worden’, vertelt Roes. ‘Op dit moment voldoet ons project niet aan huidige wet- en regelgeving, dus we zullen dadelijk moeten aantonen dat het water dat wij lozen, voldoet aan de kwaliteitseisen die de provincie en Vitens stellen voor de infiltratie van gezuiverd afvalwater.’

Om dit te kunnen testen, hebben de partners een pilot aangevraagd bij het ministerie van I&W. Die wordt binnenkort definitief verleend. Met die pilot wordt de waterkwaliteit heel uitgebreid gemeten.

Als de waterkwaliteit voldoet, mag deze techniek het gezuiverde afvalwater lozen op de bodem. Dit kan dan ook in wet- en regelgeving opgenomen worden. Roes: ‘ Wellicht kan dit water in de toekomst weer een bron voor de drinkwaterproductie zijn, maar dat is een droom voor het vervolg.’

En dan begint het echte werk. Roes zit namelijk al met een groot aantal woningbouwcorporaties om tafel. ‘Ook in de Achterhoek komt er een grote woningbouwopgave, en daarin willen we dit meenemen.’ Roes spreekt ook met de regio Arnhem-Nijmegen en er is interesse uit het westen. Gunstig, volgens Roes, want in steden is veel hoogbouw waarbij alle leidingen centraal worden aangesloten. Die schaalgrootte maakt de techniek goedkoper.

Roes ziet het positief in: ‘De woningbouwopgave moet de komende tien jaar van de grond komen, dus ons experiment komt precies op tijd. Dan vragen we: waarom nemen jullie dit niet mee in de plannen?’