Verslag Dorpenfestival: ‘Het dorpshuis is terug van weggeweest’

Ook als je nooit in een dorp of op het platteland hebt gewoond, raak je enthousiast van het Dorpenfestival. Op 1 juli kwamen ambtenaren, bestuurders, inwoners en wetenschappers samen om inspiratie en kennis uit te wisselen. Hoe maak je een dorp of het platteland een gezonde, welvarende en fijne plek om te leven en werken? ‘Haak aan op dorpsinitiatieven, maar neem mensen ook mee in veranderingen.’

Een foto van een sessie tijdens het festival

In 1 minuut: 

•    Het IBP organiseerde samen met de P10 en gemeente Aa en Hunze het Dorpenfestival. Lees een impressie van het festival, een dag met talkshows, vlogs, interviews, webinars en muziek. 
•    Het Dorpenfestival is georganiseerd vanuit het IBP en draaide om de vraag wat er leeft in plattelandsdorpen. Hoe kun je als inwoner en bestuurder van dorp en platteland omgaan met grote opgaven zoals leefbaarheid en klimaat? En hoe kunnen bestuurders van alle overheden samen de bewoners ondersteunen bij hun vraagstukken en ambities?
•    In de deelsessies geven de verschillende overheden aan graag aan te haken op dorpsinitiatieven en gemeenschapszin, of dat nu is middels een Dorpendeal, Regio Deals of het meedenken wat betreft regelgeving. 
•    Het is handig om aan te sluiten op naoberschap (gemeenschapszin). Een dorpshuis is een plek waar verbinding ontstaat en goede initiatieven worden geboren.
•    Naast een faciliterende overheid is een sturende overheid nodig. Ga de maatschappelijke uitdagingen aan en leg veranderingen goed uit. Inwoners hebben vaak een aversie hebben tegen verandering an sich omdat zij veel waarde hechten aan fysieke plekken en omgevingen. 
•    Het is bij zulke veranderingen belangrijk om het gesprek aan te gaan, eigenaarschap te geven en de lusten en lasten goed te verdelen. 

Wie inlogt bij het Dorpenfestival, wordt verwelkomd door een vrolijke, digitale ansichtkaart. “Groeten uit Aa en Hunze!” lees je. Op de kaart staan foto’s van de raadzaal, de school, het dorpshuis en het dorpscafé. Wanneer daar een dorpsgesprek of talkshow start, veranderen de foto’s in bewegend beeld. Met een muisklik stap je een deelsessie binnen. 

'De Tipgever 'verbeeldt de betrokkenheid op het platteland en het benutten van de kwaliteiten van alle inwoners'

Regie bij de regio 

Enthousiast steekt de burgemeester van de gemeente Opsterland de Tipgever in de lucht. Alle sprekers van de talkshow “leefbaarheid & wonen” stellen zichzelf voor met een voorwerp. Ellen van Selm doet dat met het lokale dorpskrantje, de Tipgever.

‘Dit is het juninummer, maandelijks vult een groep inwoners het krantje met inhoud. Bijna alle ondernemers adverteren erin.’ Voor Van Selm verbeeldt de Tipgever de betrokkenheid op het platteland en het benutten van de kwaliteiten van alle inwoners. 

Deze twee zaken blijken een rode draad te vormen in gesprekken op het festival. Haak aan op gemeenschapszin en dorpsinitiatieven, zo luidt het devies van de verschillende overheden.  

Burgemeesters Van Selm en Johannes Kramer (Noardeast-Fryslân) doen dat door veel te praten met inwoners. Kramer: ‘Je moet goed luisteren en anderen niet wegzetten als mensen die nooit iets willen.’

Van Selm: ‘Het gaat ook over de rol van ons als gemeente en wat het dorp kan beslissen. Als gemeente moet je het niet overnemen. Ons pleidooi vanuit P10 is kijk naar regelgeving en wees daar soepel in. Niet om regels te breken, maar om initiatieven die leefbaarheid versterken mogelijk te maken. 

Ook Marc Hamelaars, programmadirecteur Regio Portefeuille bij het ministerie van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit, vindt het belangrijk om aan te haken op lokale initiatieven. Hij houdt zich bezig met de Regio Deals. ‘Als rijk wil je niet verzinnen wat belangrijk is voor een regio. Met deze deals vragen we aan een regio hoe we hen kunnen ondersteunen.’

Hameleers benadrukt ook dat het belangrijk is om te richten op brede welvaart. Omdat welvaart meer is dan enkel economische groei, vallen onder brede welvaart ook zaken zoals welzijn. 

‘Ieder dorp en initiatief is weer anders. Dan ga je in gesprek om te kijken hoe je een bijdrage kan leveren’

Dorpenfestival

Het laatste zetje 

Niet alleen de gemeente en het rijk zijn goede partners voor dorpsinitiatieven, de provincie is dat ook. Tim Smit (programma-adviseur Leefbaarheid) en Simone Adema (beleidsontwikkelaar) laten dat zien in de provincies Overijssel en Gelderland. 

Adema: ‘Wij hebben een tour gedaan. Wat speel er in Overijssel? We hebben veel initiatieven bezocht. We hebben hele hechte gemeenschappen. Mensen weten elkaar goed te vinden. We willen dat laatste zetje geven om initiatieven van de grond te laten komen.’  

Adema werkt aan het verbeteren van netwerken tussen dorpen, ook middels een dorpendatabase. Smit werkt met de Dorpendeal en een subsidieregeling van het Oranjefonds.

Smit: ‘Ieder dorp en initiatief is weer anders. Dan ga je in gesprek om te kijken hoe je een bijdrage kan leveren.’ Adema: ‘Zo hebben wij in de gemeente Hardenberg voorzieningen samengevoegd, zodat er meer ruimte was voor beoogde woningbouw.’

‘Het dorpshuis is de centrale plek van het verenigingsleven'

Naoberschap in Grollo

In het dorpshuis in Annen zit Roelof Dilling naast Floor Milikowski. Dilling is, zoals je dat noemt, een actieve ‘naober.’ Naoberschap is in dorpen belangrijk; elkaar bijstaan met raad en daad.

Dilling benadrukt het belang van het dorpshuis voor de gemeenschapszin. ‘Het dorpshuis is de centrale plek van het verenigingsleven. Een dorpshuis heeft ook een sportzaal, maar daarnaast heb je ruimte voor zang, muzieklessen, yoga, toneel, de jeugdsoos. Alles wat onderdak zoekt kan daar terecht.’ 

‘Bij een borrel, vooral als je een tweede neemt, kom je op steeds grotere ideeën.’ Roelof Dilling vertelt lachend over het ontstaan van het idee in het dorpshuis, om Grollo een olympisch dorp te maken.

Iedere inwoner kreeg een beweegpaspoort om sportactiviteiten te registreren, Dilling organiseerde met andere inwoners sportclinics en een beweegestafette. ‘Dit zijn zaken waarmee je verbinding in het dorp creëert.’

Op dit moment is Dilling bezig met huisvesting voor ouderen. Het blijkt nu vaak lastig voor ouderen om te kunnen blijven wonen in Grollo, terwijl dat verlangen er wel is. De boerderij naast het dorpshuis werd door een inwoner opgekocht. De woningbouwstichting werd enthousiast gemaakt en vergunningsprocedures bij de gemeente in gang gezet. Volgend jaar wordt er (hopelijk) gebouwd. 

Dilling: ‘Het wordt geen knarrenhof. Het worden hele mooie gezellige hofjesstructuur, een soort u-vorm, gericht op het dorpshuis. Zo is alles dichtbij.’

'Als bestuurder moet je sterk in je schoenen staan'

Korte metten met nostalgie 

Naast de roep om een faciliterende overheid klinkt er op het festival ook een ander geluid. 

De Vlaamse Jasper van Loy, auteur van het boek “Onder de kerktoren, een pleidooi voor het moderne dorp,” belt in om mee te denken tijdens een sessie. Hij geeft Nederlandse bestuurders op het platteland en in krimpregio’s een advies. ‘Maak korte metten met nostalgie. Vaak is er een aversie tegen verandering vanwege verandering. Als bestuurder moet je sterk in je schoenen staan; vertellen waarom iets moet veranderen en dat het beter wordt.’ 

Soms moet je als overheid juist wel het initiatief nemen, aldus van Loy. Marc Hameleers erkent dat er heel veel grote maatschappelijke opgaven op regio’s afkomen. ‘Die moeten plaats krijgen in een beperkte ruimte. Op een eerlijke manier. We moeten de lusten en lasten goed verdelen. De vraag is: hoe gaan we dat samen doen?’

Dirk Strijker: ‘Wat mijn belangrijkste les is na al die jaren onderzoek is dat plekken cruciaal zijn voor mensen. Het zit in een concreet pand of een concrete situatie. Daaraan hechten mensen zich en daaraan ontlenen ze een deel van hun identiteit. Als je verandering wilt aanbrengen in die plekken, moet je mensen daar heel erg goed in meenemen.’ 

Wanneer overheden hiertoe het initiatief nemen, wordt er genoemd dat het belangrijk is om veel te praten. En om eigenaarschap te geven. Strijker: ‘Inwoners moeten zich eigenaar voelen van een verandering.’ Daarnaast beaamt iedereen dat het belangrijk is om baten lokaal te laten landen. ‘Dan pas krijg je iets terug voor dat eigenaarschap,’ aldus Strijker.